Misschien herken je dit:
De vergadering is onderhand al twee uur bezig. Je doet echt je best, maar het wordt steeds lastiger te volgen. Je voelt je zo duf dat je bijna wegdommelt. Ah, verse koffie! Precies op tijd. Een stevig bakkie met drie klonten suiker erin en je kunt er weer even tegen. Volgende agendapunt…
Een dik uur later zit de vergadering er eindelijk op en kun je huiswaarts. Je bent helemaal kapot, wat was dit een zware dag! Dat wordt alleen nog bankhangen vanavond :-(
Vreemd dat je zo moe bent want erg productief ben je niet geweest. Hoe kan het dat je dan toch gesloopt uit die vergadering komt?
Wat je sloopt is drie uur achter elkaar op een stoel zitten en geconcentreerd moeten zijn. Zonder pauze, dus zonder enig moment om je accu op te laden.
Pieken en dalen in je dag
Gelukkig kun je daar iets aan doen: regelmatig een minipauze nemen bijvoorbeeld. Dat kan een enorm verschil maken om je uitputting aan het eind van de dag te voorkomen.
Het principe van minipauzes werkt als volgt: als mens ben je niet steeds even scherp. Dat gaat in een golfbeweging die je ultradiane ritme genoemd wordt.
Vergelijk het met slapen. Je slaapt niet de hele nacht even diep. Daar zitten pieken en dalen in. Je kent het misschien wel: zo’n moment dat je even wakker wordt. Die pieken en dalen zitten anderhalf tot twee uur uit elkaar. Zo is het overdag ook.
Na een piek zakt je actieniveau langzaam terug. Je zit lekker te werken, maar op zeker moment merk je dat je begint te geeuwen. Je krijgt trek, gaat in je ogen wrijven en je krijgt moeite met concentreren. Dan is het tijd voor een korte pauze.
Sla je die korte pauze over, dan loop je de kans om de volgende piek te missen. Je werkt wel door, maar je bent minder geconcentreerd. Je maakt makkelijker fouten en je werk voelt veel zwaarder.
Tegen het ritme van je lichaam ingaan is heel vermoeiend
Vooral als je lekker aan het werk bent vergeet je soms gewoon de tijd. Toch is het ook dan belangrijk om een minipauze te nemen. Bedenk daarom vooraf wanneer je die pauze gaat nemen.
Vind je het lastig om je pauzetijd in de gaten te houden? Gebruik dan een hulpmiddel, zoals de wekker van je mobiel, een simpele kookwekker (mijn favoriet) of een programmaatje als e.ggtimer. Zet de tijd op ongeveer 1,5 uur. Na een poosje heb je precies in de gaten wat voor jou het beste werkt.
Zo’n minipauze hoeft helemaal niet lang te duren, een kwartiertje is vaak al genoeg. Pauzeer vooral niet te lang, anders mis je het begin van de volgende ‘golf’.
Je zult merken dat je frisser terugkomt van je pauze. Daardoor ben je de volgende anderhalf tot twee uur veel productiever dan wanneer je gewoon doorgegaan was. Bovendien is er vaak onbewust van alles gebeurd bij je. Zo heb je na een pauze soms ‘vanzelf’ de oplossing voor iets.
Geschikte minipauzes
Wat is een goede minipauze? Bedenk daarvoor iets dat bij jou en je werkomgeving past. Ga – als het kan – weg van je werkplek en doe iets heel anders. Denk bijvoorbeeld aan:
- een praatje maken met een collega (niet over het werk!)
- even rekken en strekken
- iets eten of drinken
- een paar trappen op en af
- muziek luisteren op je mp3
- even naar buiten lopen
- een ontspanningsoefening
Soms is het heel lastig om zo’n minipauze te nemen. Zomaar een kwartier uit een vergadering gaan is een beetje mal ;-) Neem dan een paar keer vaker een mini-minipauze. Focus je helemaal op de koffie die je neemt. Of ga even op een andere verdieping naar de wc (beweging) en adem daar een paar keer diep in en uit (rust). Dan kom je een stuk frisser terug.
Kortom: experimenteer eens met een minipauze. Het is goed voor je lichaam en je werk. Je bent productiever en je komt fitter je werkdag door.
PS Ben je niet topfit, werk dan niet anderhalf of twee uur aan een stuk, maar neem (veel) eerder pauzes.
© Albertine ’t Hoen